Speltherapie: hoe werkt dat?

In een intake gesprek probeer ik zoveel mogelijk relevante informatie te verkrijgen omtrent het (probleem-)gedrag van het kind. Indien alle partijen (ouders/verzorgers van het kind, het kind en ik) overeenkomen dat speltherapie een geschikte behandelwijze is voor het kind, starten we met 3-5 observatiesessies. In deze sessies gaat het voornamelijk om het opbouwen van een vertrouwensrelatie waarbij we elkaar leren kennen, de spelkamer een veilige plek wordt en om te bekijken of spelen inderdaad een passende manier is voor het kind om te laten zien hoe hij de wereld om hem heen beleeft. Vaak geeft het kind in deze sessies al aan welke belangrijke thema’s er spelen.

De afspraken vinden wekelijks plaats, zoveel als mogelijk op een vaste dag en een vaste tijd.

Na de observatiesessies vindt er een overleg plaats, waarbij ik mijn bevindingen bespreek en we besluiten of we de therapie voort gaan zetten. Is dat het geval dan stellen we een handelingsplan op met tussen- en einddoelen.

Over het algemeen zijn de volgende 10 sessies nodig voor verdieping; van de vertrouwensrelatie, het duidelijk worden van de pijnlijke/problematische thema’s, aandacht hiervoor, benoemen van de bijbehorende gevoelens en verwerking hiervan.

Aan afsluiting wordt ook veel aandacht besteed; terugkijken op de reden waarom het kind kwam, het bestendigen van de huidige, nieuwe situatie en  de blik gericht op de toekomst. Dit neemt ongeveer 3 tot 5 sessies in beslag.

Hierna volgt het eindgesprek met de ouders.

 

Zoals je ziet beslaat een traject speltherapie zeker 20x (1x per week) spelen, maar zoals ik eerder heb vermeld, geeft het kind het tempo aan en is dat mijn leidraad. Het kan dus ook korter (10-15?) maar ook langer duren. Tussentijds zal ik regelmatig overleggen met ouders/verzorgers (na iedere 5-10x keer spelen), zodat we beiden weten hoe we ervoor staan.